Rekening houdend met het feit dat de EU-begroting voor gezondheid ongeveer 4 miljard EUR bedraagt (na de verlaging met 1 miljard EUR begin 2024) en dat de kosten van geestelijke gezondheidsproblemen meer dan 600 miljard EUR per jaar bedragen (meer dan 4 % van het bbp van de EU), lijkt het zinvol een bedrag toe te wijzen dat verband houdt met die annuleringskosten (en dat lijkt hoger te zijn dan de 10 miljoen EUR die reeds is toegewezen ter ondersteuning van de bevordering van geestelijke gezondheid in gemeenschappen, met de nadruk op kwetsbare groepen zoals kinderen, jongeren en migranten- of vluchtelingenpopulaties). Om te benadrukken dat de in aanmerking genomen kosten directe (bv. medische diensten, ziekenhuisopnames, geneesmiddelen, ...) en indirecte (bv. productiviteitsverlies, arbeidsongeschiktheid, vervroegde uittreding, ...) uitgaven omvatten. Deze kosten zijn verdeeld in verschillende groepen, waaronder: 1) Patiënten met ernstige psychische stoornissen, met zeer variabele kosten afhankelijk van de ernst. 2) Mensen met dementie, met de hoogste kosten per persoon. 3) Patiënten met een depressie, die goed is voor 44% van de totale uitgaven aan psychische aandoeningen. 4) Personen die van de arbeidsmarkt zijn uitgesloten, die indirecte kosten met zich meebrengen (bv. lage productiviteit, uitsluiting van de arbeidsmarkt als gevolg van psychische stoornissen, enz.). 5) Patiënten met veel voorkomende psychische stoornissen (depressie, angst en somatisaties). Met de verergering dat mentale problemen op jongere en jongere leeftijd worden waargenomen.