In het kader van de Europese wetgeving heeft de Europese Commissie een rechtshandeling gepresenteerd, die ook bedoeld is als ontwerphandeling, om de positie van landbouwers in de voedselvoorzieningsketen te versterken; voorstel tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1308/2013, Verordening (EU) 2021/2115, Verordening (EU) 2021/2116 en de start van een openbare raadpleging, gevolgd door een verslag met redenen omkleed en met doelstellingen, zoals de wijze waarop het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) is afgestemd op die maatregelen die gericht zijn op het waarborgen van een redelijke levensstandaard voor de landbouwgemeenschap. Ik heb een advies geschreven over dit voorstel voor een verordening (de raadpleging is beschikbaar op het institutionele platform “Geef uw mening” van de Europese Commissie), met het oog op artikel 39 (VWEU) van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, om werknemers in de beroepsbevolking te beoordelen als marktdeelnemers in dezelfde landbouwsector, naast ondernemingen. Bovendien repliceert de toelichting van de Commissie de opstelling van schriftelijke contracten tussen de partijen (verkoper en koper) voor de levering van landbouwproducten. Voor de punten 4 en 5 van het verslag wordt het passend geacht een clausule op te nemen voor contracten met een looptijd van meer dan zes maanden.