Jongeren-ngo’s spelen een cruciale rol bij het bevorderen van maatschappelijke betrokkenheid, de ontwikkeling van vaardigheden en sociale inclusie in de hele Europese Unie. Om het effect ervan te maximaliseren, is het van essentieel belang dat in de EU-begroting voldoende en toegankelijke financiële middelen worden uitgetrokken om hun activiteiten te ondersteunen. Een van de belangrijkste financieringsinstrumenten voor jongerenorganisaties is het Erasmus+-programma, dat subsidies verstrekt voor jongerenuitwisselingen, opleiding en projecten voor capaciteitsopbouw. Ondanks het succes ervan worstelen veel kleinere ngo's echter met bureaucratische belemmeringen en medefinancieringsvereisten. Om dit aan te pakken, moet de EU de aanvraagprocedures vereenvoudigen, flexibelere financieringsmechanismen invoeren en microsubsidieregelingen uitbreiden die zijn toegesneden op jongereninitiatieven aan de basis. Daarnaast moeten het Europees Sociaal Fonds Plus (ESF+) en het programma Burgers, gelijkheid, rechten en waarden (CERV) prioriteit geven aan jongeren-ngo’s die zich bezighouden met dringende kwesties zoals werkgelegenheid, digitale vaardigheden, duurzaamheid en sociale inclusie. Een specifieke begrotingslijn binnen deze fondsen kan zorgen voor stabiele financiële steun voor langetermijnprojecten die jongeren mondiger maken. Voorts moet de EU publiek-private partnerschappen onderzoeken om aanvullende financiële middelen vrij te maken. Door bedrijfs- en filantropische investeringen in jongereninitiatieven te stimuleren door middel van belastingvoordelen of matchingfondsen, kan de EU de duurzaamheid van de financiering van ngo's voor jongeren versterken. Een goed gefinancierde ngo-sector voor jongeren is een investering in de toekomst van Europa. Door het stroomlijnen van de toegang tot